Wandelen door de Luxemburgse natuur: de Lee Trail
Ideaal voor een tweedaagse: de Lee Trail, net over de grens in Luxemburg. Kronkelend langs de rivier Sûre ga je heuvel op en af, maar met een magisch vergezicht na elke klim was de deal snel rond. Een ideale bestemming voor winterse weekenden!
- Wandelen
Ken je het gevoel dat je een tocht opzoekt, uitstippelt, maar het idee dan even laat liggen? Voor je het weet ben je maanden verder en verhuist het avontuur naar je achterhoofd. Ook de Lee Trail in Luxemburg cirkelde al even op mijn radar, maar pas op de valreep in december besloten mijn nicht en ik er effectief voor te gaan. Op zoek naar een winters microavontuur dat haalbaar was in een weekend én met het openbaar vervoer, bleek de Lee Trail namelijk de ideale match. Hoewel de route normaal in drie dagen wordt afgelegd, dachten we het wel te redden met twee dagen voor 53 kilometer. Al zouden we snel merken dat de combinatie van korte winterdagen en 2000 hoogtemeters niet te onderschatten valt…
Dat weten we echter nog niet wanneer we op een decemberochtend in het donker naar het station fietsen. Terwijl de rest van het land zijn roes van de kerstmarkt uitslaapt, sporen wij al om 7 uur naar Luxemburg. Onderweg haalt het eerste daglicht ons in. Het glooiende landschap ontwaakt en is tot onze verbazing zelfs bedekt met een dun sneeuwdeken. Wat een beloning voor de vroege start van het weekend! Ook als we uitstappen in Kautenbach blijven de zachte vlokken over ons heen vallen. Die zullen ons de hele dag, met tussenpozen, vergezellen.
Schudden met de sneeuwbol
De verkoeling blijkt welgekomen, want de tocht start meteen met een steile helling, waarna we boven al een laagje kleding moeten uitdoen. Pittige heuvels en bochtige paden zetten de toon voor de rest van de trail. Het parcours slingert van vallei naar vallei, waarbij we telkens de heuvel afdalen, de rivier Sûre oversteken en weer naar de volgende top klimmen. Die rivier is ook de markering van de Lee Trail. Achter elke hoek of bocht wijst een blauw-wit golfje op bomen en borden de weg. Wat een vrijheid om zonder de afleiding van een kaart of gps te kunnen wandelen en volledig op te gaan in het ritme van de natuur.
Ondertussen blijven de laagjes aan- en uitgaan, maar elke beklimming beloont ons op een prachtig uitzicht over de bemoste bomen en de velden. Nog hoger, vanop een uitzichttoren, opent zich een compositie van golvende heuvels waartussen de rivier en een ‘Hogwartstrein’ kronkelt. Zelfs zonder veel verbeelding heeft het tafereel iets weg van een magische tovenaarsuniversum. Door de vele bochten lijkt het ook alsof we in een kleine sneeuwbol wandelen. Af en toe wordt die geschud, waarna we een geheel nieuw perspectief krijgen op dezelfde minitiatuurwereld.
Een constante is het dunne, witte laagje dat over de vallei valt en de geluiden dempt. Dat staat in scherp contrast met het gekleurde bladertapijt, waardoor we ons letterlijk op de overgang tussen herfst en winter bevinden. Dan duikt er in het bos plots een oude kapel op, een stille getuige van de voorbijgaande tijd. We zetten ons op het bankje voor de picknick, maar lang kunnen we niet blijven zitten, want als we niet bewegen, trekt de kou snel in ons lichaam. De winter neemt stilaan de overhand.
Balanceren op een rotskam
Even later komen we door het dorp Hochscheid, maar de echte bezienswaardigheid van de dag volgt net daarna: de Moberslee. Wie dacht dat Luxemburg een verlengde is van de Ardennen en weinig écht avontuur te bieden heeft, moet hier eens komen kijken. We bevinden ons namelijk op een indrukwekkende rotskam die als een smalle richel van de top naar een diepe vallei voert. Die karakteristieke leistenen zijn dé trots van de Lee trail - ‘Lee’ betekent ‘geïsoleerde rots’ in het Luxemburgs – en keren op verschillende plekken terug, maar hier is het gesteente op zijn imposantst.
Terug beneden, aan de rivier, blijkt dat de trail voor een deel samenvalt met een klankwandeling. Zo krijgt de dag nog een extra laagje, waarbij we spelen met de houten marimba en luisteren met een soort stethoscoop naar het ruisen van de rivier. Terwijl we onze tocht vervolgen door het bos, begint het te schemeren en bij de afdaling moeten we goed kijken waar we onze voeten zetten. Net als we het donker echt toeslaat, komen we bij de weg, waar we even later de camping bereiken.
Opstaan bij zonsopgang
Als een van de weinige campings langs de route die het hele jaar open is, biedt Camping du Nord in Goebelsmühle de perfecte tussenstop. Om de rugzakken zo licht mogelijk te houden en onze krachten op de pittige tocht te sparen, boekten we een kleine trekkershut. Die is minimaal uitgerust - koken doen we nog steeds op ons gaspitje – maar we hebben een bed, een dak boven ons hoofd en zelfs een kleine verwarming. Wat een luxe. We slapen zowat de klok rond en vertrekken meteen bij het ochtendlicht, want er staat nog een dag met 30 kilometer te wachten. Gelukkig moeten we in de winter niet extreem vroeg uit de veren, want de zon komt pas op om rond iets na 8 uur. Goed uitgerust gaan we dus weer op pad.
Als een geoliede machine zijn we intussen op elkaars wandelritme afgestemd. Allebei in ons eigen hoofd verzonken, bewegen we toch als een geheel. We horen enkel het geluid van onze voeten die de grond raken, voor de rest is het stil. Wat een rustpunt op het einde van het jaar. Hoe dichter we de rivier naderen, hoe luider die begint te ruisen. De Sûre vormt de zilveren draad van de Lee Trail. Als een trouwe metgezel blijft ze constant in zicht en we steken ze zowat elk uur over. Later op de dag raken we het water bijna aan wanneer we lopen over een net niet overstroomd pad, waar nog een kleine boordje gespaard blijft.
Aan de oever in het dorpje Dirbach staat mijn nicht plots stil. Ze wijst naar boven en we kijken met grote ogen naar de speciale rotsformatie in de verte. Het is de ‘Doigt de Dieu’, ontdekken we even later, wanneer we zelf daarboven staan. Zoals ‘vingers van God' steken die puntige rotsen in een kam uit de heuvel. De rotsformatie is ontstaan door erosie van de rivier, die de steenlagen eeuwenlang heeft uitgehold. Een tastbaar bewijs van de kracht van het water.
Magische mist
Op deze tweede dag is de sneeuw volledig gesmolten, waardoor het landschap weer veel herfstiger oogt. Het witte laagje heeft plaatsgemaakt voor mistige uitzichten, die een mysterieuze toon zetten. Zeker wanneer in de verte een kasteel opdoemt. De middeleeuwse vesting van Bourscheid, bij het gelijknamige dorp, lijkt ons een geknipte uitzichtspot voor de lunch. Op dat moment weten we echter nog niet dat dit vergezicht de rest van de dag zal blijven terugkeren.
Het panorama zou op zijn mooiste zijn bij uitzichtspunt Gringlee, na het schattige dorp Michelau, maar gehuld in de mist zien we daar niets anders dan onze eigen adem. Ook in het dichte bos voegt de nevel een extra – spookachtige – sensatie toe. De heksenverhalen zijn niet veraf wanneer het begint te schemeren en de kraaien opvliegen naar hun slaapplek. De rest van het dierenrijk lijkt zich in een diepe winterslaap te bevinden, want behalve een paar vogels zien we weinig leven op deze tocht. We groeten zelfs maar vijf wandelaars, verspreid over het hele weekend.
Enkele kilometers voor het eindpunt in Ettelbrück geven ook wij ons over aan de winter. De duisternis valt over ons heen en we zoeken de eerste afslag naar de autoweg. Daar verrast Luxemburg ons alweer. Deze keer niet met imponerende landschappen, maar met een bushalte recht voor onze neus, in the middle of nowhere. Ons geluk kan niet op als blijkt dat er binnen tien minuten een bus arriveert die ons naar het station van Ettelbrück zal brengen. Gratis bovendien, leven het openbaar vervoer in Luxemburg!
Bijna hebben we de Lee Trail dus voltooid, maar de korte winterdagen hebben ons ingehaald. En het heeft geen zin om in het donker door het bos te ploeteren, puur voor de prestatie en de eer. Wat winterwandelen wel betekent: trots zijn op het avontuur dat je aangaat (dat je het aangaat!) en mild zijn voor jezelf. Als een zacht sneeuwdeken dat je naar buiten lokt voor een frisse neus en daarna weer toedekt, zo nemen we afscheid van het avontuur. Met een gereset hoofd stappen we op zondagavond in de trein, klaar voor een nieuw jaar.
3 Luxemburgse wandeltoppers
- De Lee Trail (53 km) is een populaire keuze voor wandelaars die op zoek zijn naar een gevarieerde route door het hart van Luxemburg. De trail voert je langs de schilderachtige rivier de Sûre en door charmante dorpjes. In Kautenbach loopt de trail over in de Eislek Trail, die de Belgische grens oversteekt tot in La Roche-en-Ardenne. Beide routes vormen samen de Escapardenne Trail (159 km).
- De Mullerthal Trail (112 km) is de bekendste langeafstandswandeling in Luxemburg. Deze route voert je door het Mullerthal met spectaculaire rotsformaties en dichte bossen. De trail is opgedeeld in drie lussen, die je verschillende delen van het Mullerthal laten verkennen en die je kan combineren.
- De Minett Trail (90 km) leidt je door de zuidelijke regio van Luxemburg, ook wel bekend als de ‘Terres Rouges’ of ‘Land van de rode rotsen’, die ooit het hart van de Europese staalindustrie vormde. De route, opgedeeld in een tiental etappes, volgt oude spoorwegen, doorkruist dichte bossen en biedt adembenemende uitzichten over de rode rotsformaties.