Getest: gasbarbecues

In een klein appartementje is het lastig om de voltallige schoonfamilie rond een gloeiend rooster te scharen. Op de camping lukt dat wél. Alleen: wie echt kampeert – met caravan, camper of tent – wil een toestel dat niet enkel goed werkt, maar ook praktisch, draagbaar en compact is. We nemen niet de hele buitenkeuken mee, maar zoeken een BBQ die precies in dat beperkte plaatje past: klein genoeg om mee te nemen, groot genoeg om een hongerige mens tevreden te stellen. Want zeg nu zelf: wat is er heerlijker dan een zomerse avond op de camping? Terwijl de zon ondergaat achter het veld met koeien, sissen er worstjes op het rooster. Dát is kamperen. En dus ook: de juiste BBQ kiezen. We testten er drie.

De NomadiQ BBQ Model 3.0L Black wint zonder discussie de schoonheidsprijs. Het lijkt wel een uitvinding van Q, de gadgetmeester uit de Bond-films: compact, ingenieus en klaar voor actie. Strak, opvouwbaar, licht en proper op te bergen. Mijn vrouw was er meteen weg van. Niet omdat ze plots zin kreeg om worstjes te draaien, wel omdat het eindelijk eens geen lompe BBQ is die overal in de weg staat. Ik dacht, nog voor ik hem openklapte: ‘dit lijkt op het wafelijzer van mijn grootmoeder. Maar dan met vuur.’

De twee grillplaten klappen open als vleugels, elk met hun eigen brander van 1,6 kW. Samen goed voor 3,2 kW – het hoogste totaalvermogen van de drie toestellen. Je kan links stevig grillen, rechts zachtjes warm houden. En dat werkt echt. Het grilloppervlak – 1460 cm² – is royaal voor zo’n compacte BBQ. Twee tot drie personen is ideaal. Vier lukt net, als je goed plant. En als er vegetariërs mee aan tafel schuiven, hou je gewoon wat plek vrij voor halloumi, courgette of een veggieburger. Ook dat lukt perfect op deze kleine, maar slimme BBQ.

Schoonmaken is kinderspel: de grillplaten klikken los, zijn voorzien van een antikleeflaag zonder PFOA en mogen gewoon onder de kraan. De vetbakjes klik je eruit, je spoelt alles af en je vouwt de BBQ weer dicht tot een soort reiskoffertje met draagriem. Je neemt hem mee alsof je onderweg bent naar een picknick met stijl. In onze test zat er ook een handige kit bij: drie gasbidons, een klein borsteltje, een doekje, een antislipmat en een setje non-stick grillmatjes. Ik heb die matjes zelf niet getest – ik hou het liever bij direct contact met het rooster – maar ze zaten er dus wél bij.

Het enige waar je even mee moet opletten: doordat de vleugels openklappen, neemt het toestel op tafel meer ruimte in dan je in eerste instantie verwacht. En als het waait of een kind plots met een frisbee passeert, kan je saus sneller op je short belanden dan op het vlees.

Besluit? Licht, slim, snel op temperatuur en compact op te bergen. De NomadiQ is ideaal voor wie licht reist, maar zwaar wil grillen.

De Cadac Safari Chef 30 LP Deluxe ziet er minder spectaculair uit, maar laat zich niet doen. Het is een kleine campingkeuken op drie pootjes. Je krijgt vier kookoppervlakken: pannendrager, vlakke bakplaat, BBQ-rooster en een deksel dat ook als wokpan dient. Geen klapsysteem dus, wel puzzelstukjes die logisch in elkaar vallen. Aansteken gaat zoals bij de meeste moderne toestellen: je draait de gaskraan open, drukt op de knop en klaar. Die knop heet officieel een piëzo-ontsteking – zo'n ingebouwd vonkje dat lucifers overbodig maakt.

Het toestel levert 1,8 kW – niet het krachtigste, maar voor worst, kip, groente of een pannenkoek meer dan voldoende. Ter vergelijking: een thuistoestel zit al snel boven 5 kW. Maar eerlijk: wie zijn tijd neemt, mist hier niets. De hitte komt gelijkmatig, het toestel is goed doordacht. En de drie poten zijn verrassend stabiel, zelfs als je per ongeluk tegen de tafel stoot terwijl je kind onder het doek tikkertje speelt.

De echte troef? Je kan er veel meer mee dan grillen. Eieren bakken. Pannenkoeken draaien. Wokken. Pastaresten opwarmen. Dit is geen BBQ meer, dit is een mobiele campingkeuken. En dat op een oppervlak dat compacter is dan zijn twee concurrenten. Bovendien is het een toestel dat uitnodigt tot experiment. Je staat niet gewoon te grillen, je staat echt te koken. En dat geeft voldoening. Zeker als je ’s ochtends pannenkoeken bakt voor je kinderen, en ’s avonds een wok met noedels en groente op tafel tovert. Dit is de BBQ voor wie graag variatie in zijn kampkeuken brengt.

Na gebruik klik je de platen los, spoel je ze af, en klaar. Alles heeft een GreenGrill anti-aanbaklaag zonder PFOA en is makkelijk afwasbaar. Geen drama, geen ontvettertoestanden. Je kuist dit ding met evenveel gemak als waarmee je het opzet.

En voor wie twijfelt: ja, het past makkelijk in een standaard kampeerbak. Zelfs met de extra platen erbij. Het geheel voelt robuust maar licht. En je hoeft geen ingenieur te zijn om hem te monteren zonder vloeken.

Besluit? De Cadac is voor wie op de camping graag meer doet dan enkel vlees bakken. Veelzijdig, licht en perfect voor twee tot drie eters die graag variatie willen.

De Campingaz Tour&Grill CV Plus oogt het grootst van de drie – robuust, met echte poten en een klassiek rooster. Maar qua grilloppervlak (1200 cm²) wordt hij nipt geklopt door de NomadiQ. Toch voelt dit toestel wél als de meest traditionele BBQ: één zone, veel vuur, gietijzeren rooster en een hoog deksel. Hij voelt vertrouwd vanaf het eerste moment. Je klapt hem open, draait de kraan open, en je kunt beginnen grillen alsof je thuis in de tuin staat.

Je kan het onderstel op drie hoogtes gebruiken: als tafelmodel, met korte of lange poten. Ik koos uiteraard voor de hoogste stand – grote poten, een stevig plateau onder de grill met uitsparing voor de gascartouche én net genoeg plek voor je tang of kruiden. Eén stuk dus, alles geïntegreerd. Het voelt stabiel aan, alsof het moeiteloos een zomerse familieaanval van hongerige kinderen overleeft. Zelfs toen onze hond er enthousiast tegenaan liep, bleef hij gewoon op zijn poten staan. De BBQ, niet de hond.

Aansteken is simpel. Je draait de gaskraan open, drukt op de piëzo-knop en hopla, vuur. Het toestel levert 2,4 kW vermogen. Geen half werk. Het gietijzeren rooster warmt snel op en houdt die warmte ook netjes vast – alsof het nooit iets anders gedaan heeft.

Ik leg er een entrecote op met het been er nog aan, daarnaast wat gehalveerde aardappels en groentenspiesjes. Deksel dicht. Het geluid en de geur zeggen alles: hier zijn we echt aan het BBQ’en. Geen gefrunnik met zones of timing. Gewoon vlees, vuur en vooruit.

Onder de BBQ schuif je een vetopvangbakje dat netjes alles opvangt wat druipt. Schoonmaken blijft natuurlijk schoonmaken – gietijzer vergt wat borstelwerk – maar het is doenbaar. Zeker als je niet wacht tot de volgende ochtend. Geen kleverige randen of onbereikbare hoeken: gewoon kraan, spons en klaar.

Transport? Ja, hij is forser dan de Cadac en de NomadiQ. Je propt hem niet tussen de handdoeken in de kast van je busje. Maar: je kan de onderdelen gemakkelijk demonteren en stapelen. Zolang je een beetje plaats laat in je laadruimte, neem je hem zonder veel gedoe mee. Hij neemt wat meer ruimte in, maar hij bakt ook meer ineens. Dat is de afweging.

Besluit? De Campingaz Tour&Grill CV Plus is de klassieker in deze test: één zone, veel kracht, een goed grillgevoel en barbecue zoals je die kent van thuis. Hij ziet eruit als een ‘echte’ BBQ, en hij bakt ook zo. Niet de meest compacte, niet de meest technische, maar wel de betrouwbaarste keuze voor wie met meer dan twee personen tegelijk wil eten, zonder gedoe.

En dan nu het verdict. De NomadiQ is de mooiste en krachtigste (totaalvermogen), met aparte zones en het grootste grilloppervlak. De Cadac is de slimste: klein, veelzijdig en verrassend compleet. De Campingaz is de meest klassieke: robuust, krachtig, eenvoudig. De ene blinkt uit in draagbaarheid, de andere in veelzijdigheid, en de derde in brute eenvoud. Maar eerlijk? Je doet met elk van deze drie meer dan alleen eten maken. Je maakt herinneringen. Want rond een goed vuurtje met goed gezelschap smaakt alles beter – zelfs courgette.

Welke BBQ je ook kiest, zorg dat je er eentje kiest die bij je past. Voor de een is dat een toestel dat hij met één hand kan dragen terwijl hij in de andere een kind en een hond vasthoudt. Voor de ander is dat een BBQ die eruitziet alsof hij thuis ook gewoon in de tuin zou staan. Of een toestel waarmee je stiekem gewoon ontbijt, lunch en diner maakt. Drie goeie toestellen dus, en geen van de drie die zijn belofte niet waarmaakt. Wat je kiest? Hangt af van je stijl, je gezelschap en je eetlust. Maar op een lege maag zul je met geen van deze drie blijven zitten.