Wandelen: Graubünden

10 minuten leestijd

Voor een verrassend veelzijdige nazomer vakantie kun je terecht in Graubünden, het grootste kanton van Zwitserland. Een trektocht naar de bron van de Rijn, bezinnen in een achttiende-eeuwse abdij of goud zoeken met een goedlachse Zwitser: hier geht’s los!

 

reportage
  • Wandelen

2014 is het jaar van Zwitserland. Niet zozeer door de prestaties van de Schweizer Nati op het WK Voetbal in Brazilië, maar door twee jubilea. Zo bestaat het wintersporttoerisme in het Alpenland exact 150 jaar. En viert het Swiss National Park, met 170 vierkante kilometer het grootste en oudste natuurpark van Centraal-Europa, z’n honderdste verjaardag.

Feestgedruis voor de inwoners van Graubünden. Het natuurpark ligt in het grootste kanton van Zwitserland, dat in het oosten grenst aan Oostenrijk en Italië, en zelfs Liechtenstein als buurland(je) heeft.

Het kanton telt 150 dalen, 615 meren en een kleine duizend bergtoppen. Met de Piz Bernina op 4.049 meter als uitschieter. Dat de mascotte van de bergdeelstaat een steenbok is, verbaast dan ook niemand. De inwoners van Graubünden vinden het alpendier zelfs zo belangrijk dat ze het een prominente plaats gegeven hebben in het wapenschild van het kanton.

Wintersportfanaten kunnen Graubünden geblinddoekt op de kaart aanwijzen. Zij weten als geen ander dat Arosa en Sankt-Moritz bekende skigebieden zijn. Sterker nog: volgens de overlevering zou het Zwitserse wintersporttoerisme begonnen zijn in Sankt-Moritz. Voer voor discussie. En dat is eigenlijk wat ze in Graubünden net niet willen. Over skistations wordt al voldoende gepraat. Graubünden is veel meer dan dat.
 

Klimmen naar de bron van de Rijn

De Rijn is 1.230 kilometer lang en stroomt door Duitsland, Nederland, Frankrijk, Oostenrijk, Liechtenstein en Zwitserland. In totaal leven vijftig miljoen mensen in de buurt van de rivier. De bron ligt in Graubünden. En het straffe is: iedereen kan ernaartoe wandelen via twee speciaal daarvoor aangelegde wandelroutes: een oostelijke en een westelijke, ofwel een gemakkelijke en iets moeilijkere weg.

Wanneer je in Sedrun aan de gemeenschappelijke start van de routes staat, heeft dat best iets bevreemdends. Een klein pad waar nauwelijks twee mensen elkaar kunnen kruisen, slingert naar het ontstaan van een van de grootste rivieren van Europa. Alsof het de poort is naar een andere wereld.

Tijdens de zeven kilometer lange tocht naar de bron zie je stukjes eeuwige sneeuw blinken in de zon. Geen paniek, een beetje een geoefend wandelaar kan de kleine sneeuwtapijten makkelijk oversteken, zeker als je om een gids vraagt bij de plaatselijke dienst voor toerisme.

Maar toch is houvast zoeken aan de uitstekende rotsen een goed idee. Beginnend op een hoogte van 1882 meter moet je een kleine vijfhonderd meter klimmen voor je aan het meer komt. Hier en daar laat de Oberalppass dus stevig zijn tanden zien. Gemiddelde wandelaars bereiken na twee uur de Tomasee.

De officiële bron van de Rijn is 2,5 hectare groot en ligt op de noordkant van de Piz Badus. Exacte hoogte: 2.345 meter. Graad van appreciatie: onbetaalbaar. Het meer is omgeven door besneeuwde bergtoppen en er ligt ijs op het water. En hoewel de geboorteplaats van de Rijn best een soort bedevaartsoord genoemd mag worden, zie je er zelden meer dan een handvol toeristen.

De allereerste brug van de Rijn is een bescheiden houten onding.

Op de terugweg wandel je over de allereerste brug van de Rijn. Het is een houten onding van nauwelijks drie meter breed dat verstevigd is met aarde, steengruis en twee betonnen relingen.

Geen knoert van een stalen constructie die je boven dergelijk natuurmonument zou verwachten, zoals de John Frostbrug die velen honderden kilometers in het Nederlandse Arnhem over de Nederrijn loopt en auto’s van de ene kant naar de andere brengt.

Nee, deze bescheiden brug - ooit gebouwd door militairen en nooit vernietigd, zoals zijn Arnhemse broer - heeft slechts de eer om koeien van links naar rechts te verhuizen.

De oudste stad van Zwitserland

Godzijdank is het treinverkeer in Zwitserland van het allerhoogste niveau. Hier geen falende Fyra’s, maar stipte treinen waar zelfs een Duitser de hoed voor zou afnemen. En tijdens je op schema rijdende treinrit kun je ook nog eens genieten van een adembenemend uitzicht.

De Zwitsers organiseren niet toevallig vollemaantreinritten, waarbij je al tafelend kunt genieten van de vele tunnels, bruggen en viaducten die het Zwitserse spoor rijk is.

De 122 kilometer op het parcours Albula-Bernina zijn zelfs Unesco-werelderfgoed. Ook Chur is makkelijk per spoor te bereiken. De oudste stad van Zwitserland ligt op bijna zeshonderd meter hoogte, telt 37.000 inwoners en is de hoofdstad van het kanton Graubünden.

Chur is ook de geboorteplaats van kunstschilderes Angelika Kauffman, die werken heeft hangen in The National Portrait Gallery in Londen en het Musée d’Orsay in Parijs.

Maar wat Chur echt speciaal maakt, is het klimaat. Met gemiddeld 843 millimeter regen per jaar geeft het stadje niet alleen ons land het nakijken. Ook de rest van Zwitserland moet met veel meer water afrekenen.

Chur is een klein, droog paradijs met over het algemeen erg milde temperaturen. Vaak schijnt de zon boven Chur, terwijl de omgeving het moet doen met een wolkendek zo dicht als de Antwerpse ring op maandagochtend.

 

Ook de stad zelf lijkt een klein paradijs. Niet het minst dankzij de autovrije binnenstad, maar ook door de verschillende parkjes en groene gebieden die het stadsbeeld tekenen. Heel wat van de vaak pittoresk beschilderde gebouwen zijn beschermd. Wie ook maar de kleinste verandering wil aanbrengen aan de voorgevel van zijn pand, moet toestemming vragen.

Wie helemaal de natuur in wil, hoeft geen toestemming te vragen. Die kan met Churs eigen kabelbaan de berg Brambrüsch bereiken. Daar beginnen en eindigen verschillende wandelingen. Zwitserland beschikt over meer dan 10.000 kilometer aan wandelroutes en ongeveer 4.000 kilometer fietsroutes. Vanop de top van de Brambrüsch liggen een pak van die routes aan je voeten.

Het dorp van Heidi

‘Sag ja zum Leben, ja zum Wein, dann wirst du immer glücklich sein.’ De leuze op de gevel van een van de huizen in de Zwitserse gemeente Maienfeld liegt er niet om: af en toe een wijntje en het leven lacht je toe. Maar in Schloss Salenegg nemen ze dat wel erg letterlijk.

Het kasteel heeft een wijngaard - de oudste nog werkende van het land, al sinds 1654 in handen van de familie Von Gugelberg. Het kasteel is open voor rondleidingen en degustaties.

Zo kan het dat je om kwart na tien ‘s ochtends al tussen de zonovergoten wijngaarden staat met een goed gevuld glas Chardonnay Schloss Salenegg in de hand. Tussen de bergen, inderdaad.

De wijngaard overleeft makkelijk dankzij de Föhn, een warme wind die op die ene plaats een perfect klimaat creëert voor de druiven. Een Ferrari stopt voor de poorten van het wijnslot en laadt een paar kisten in. H

ij slaat linksaf en volgt de pijl richting Vaduz, hoofdstad van het Vorstendom Liechtenstein een paar kilometer verderop.

Dan gaat het er heel wat bescheidener aan toe in Heididorf, een dorp een beetje verder dat nagemaakt is volgens de verhalen van Heidi, het weeskindje waar auteur Johanna Spyri in 1880 twee verhalen over schreef: Heidis Lehr- und Wanderjahre en Heidi kann brauchen, was es gelernt hat.

Na Spyri’s romans verschenen nog twee Engelstalige vervolgverhalen en tientallen verfilmingen. Tot zelfs een computerspel toe.

Omdat de verhalen van Heidi zich vooral afspelen in en rond Maienfeld, besliste de Zwitserse overheid om een Heididorf te bouwen, compleet met Heidihuis waarin het meisje zogezegd gewoond zou hebben. Het interieur van de hut is volledig op negentiende-eeuwse leest geschoeid.

Bescheiden houten bedden, houten stoelen, houten vloeren en dat allemaal zo klein dat je meteen merkt dat de mens uit de negentiende eeuw aanzienlijk kleiner geweest moet zijn dan de huidige. In het dorp lopen kippen en geiten. Maar het pakkendst is het uitzicht op het dal en de bergen errond, wat nog maar eens in de verf zet waarom Graubünden het bergkanton van Zwitserland genoemd wordt.

Bezinnen bij de Benedictijnen

Je zou er haast devoot van worden. En de Schepper danken voor zo veel moois. Niet helemaal zeker of ze dat dagelijks doen in het Benedictijnenklooster van Disentis. Maar devoot zijn ze er wel. Sterker nog: de achttiende-eeuwse abdij - de funderingen dateren zelfs uit 720 - is het centrum voor spiritualiteit en opvoeding voor het hele gebied.

Mannen kunnen zich bij wijze van bezinning even terugtrekken op het ritme van de Benedictijnen. Wie minder fanatiek de religieuze route kiest, kan de abdij ook gewoon bezoeken en het gebed en de dagelijkse eucharistieviering meemaken. Dat doe je in het gezelschap van vijfentwintig monniken. De jongste is 29 jaar oud, de oudste 92.

Paters spreken niet tijdens de maaltijd, maar Theodoor houdt ervan verhalen te vertellen.

‘Een jaar lang zijn ze perfect elkaars tegengestelde’, lacht Theodoor, de pater die de rondleidingen op zich neemt. ‘Maar ik denk niet dat ze met elkaar willen ruilen.’ Theodoor vertelt met passie over zijn broeders.

Ooit zaten hier meer dan honderd monniken. Ooit ook maar eentje. Maar het gebouw is nooit helemaal verlaten geweest. ‘Best een prestatie als je weet dat we doorheen de geschiedenis al acht keer een brand gehad hebben’, zegt Theodoor, waarop hij alle verschillende branden uitvoerig uit de doeken doet.

De Benedictijnen spreken niet tijdens de maaltijd. Wellicht profiteert Theodoor er daarom van om honderduit te vertellen. Net als wij de kerkzaal weer inruilen voor de bergen buiten, komt een school Italiaanse kinderen aan. Theodoor taxeert de omliggende bergen, prevelt iets naar de hemel, en begint een nieuwe rondleiding in het oudste Benedictijnenklooster van Zwitserland.

Ga goud zoeken!

Nergens in Zwitserland vind je zo veel goud als in het kanton Graubünden. Vraag maar aan Gold Gusti, die dagelijks goud schept uit de rijn. niet dat hij er rijk van wordt. Het gaat meestal om kleine goudschilfertjes, niet veel groter dan een vlo. De brede Zwitser met leren gilet verdient zijn boterham vooral door toeristen uit te leggen hoe ze precies goud kunnen vinden in het kleine stukje rijn naast z’n Camp Nugget in Disentis. Best een belevenis.

Gusti is altijd opgewekt en geeft je met plezier een paar laarzen, schop en schaal om het zelf te proberen. Daarvoor moet je wel eerst een gammele brug over die hij zelf gebouwd heeft. Dat hij daarvoor niet de beste materialen gebruikt heeft, blijkt als hij vraagt om niet met te veel mensen tegelijk over de brug te lopen. Maar zodra je de gevaarlijke passage voorbij bent, lacht het goud je toe. Tenminste, als je geduld en een stel goede ogen hebt. Bedoeling is om met je schep stevig te keuteren in de grondlagen van de rijn. Wanneer je een kluit aarde te pakken hebt, zwier je die in je schaal. Je schudt een paar keer met je schaal en wast voorzichtig de aarde weg. Goud is zwaarder dan zand, dus dat zou moeten blijven liggen. op het einde van de rit vind je - als je geluk hebt - enkele schilfers in je schaaltje.

‘Sommigen hebben prijs na een keer proberen, anderen hebben na tien pogingen nog altijd niks’, lacht Gusti, die zelf een gigantische schep heeft om zijn kansen te verhogen. Het duurt dan ook niet lang of de schalkse Zwitser brult het uit van plezier. Weer een schilfer. De voorbije jaren liet hij van zijn vondsten een ring en een oorbel maken. Die draagt hij nog steeds. Hij wrijft er zelfs over wanneer hij z’n straffe verhalen vertelt.

‘In een dag vind ik meestal niet meer dan een gram goud. Maar ooit heb ik honderd gram op een dag gevonden.’ Wanneer hij de bewonderende blikken ziet van z’n aspirant-goudzoekers recht hij z’n rug en poseert hij fier voor de camera. De goudkoorts heeft ‘m goed te pakken.

Tekst Greg Van Roosbroeck - Foto’s Mike Steegmans

Dit artikel is verschenen in september 2014.

 

deel Artikel

Word lid voor 39€

Op zoek naar kwalitatieve invulling van je vrije tijd?

Word lid van Pasar en ontdek een wereld vol boeiende activiteiten, inspirerende reizen en gezellige samenkomsten. Met Pasar geniet je van een gevarieerd aanbod aan uitstappen en evenementen, afgestemd op jouw interesses en wensen. Sluit je aan bij onze warme community en beleef onvergetelijke momenten samen met andere enthousiaste leden.

Ga voor de Pasar-pas!

lees meer