De gruwelen van de Sigurimi
Erik Van de Perre fietste dwars door Albanië en ontdekte dat het ‘Noord-Korea van Europa’ een metamorfose heeft ondergaan, je kan er alles over lezen in de online special van Pasar Fietsen. Het gruwelijke bewind van dictator Enver Hoxha is voorbij, maar huiveringwekkende sporen uit dat communistische verleden vind je terug in een bijzonder museum: BunkArt2.
Lees de volledige reportage in onze digitale Pasar Fietsen Special Reizen.
- Uitstappen en vakanties
Op een steenworp afstand van het Skanderbegplein ligt een van de nieuwste, maar ook meest beklemmende musea van Albanië. Bunk’Art 2, geopend in 2016, schetst een aangrijpend beeld van de perfide methoden en het brutale optreden van het Drejtoria e Sigurimit të Shtetit (Directoraat van Staatsveiligheid), beter bekend als Sigurimi, tegen de eigen bevolking tussen 1912 en 1991.
In een atoomschuilkelder
Het museum vind je in een voormalige geheime atoomschuilkelder van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Het is toegankelijk via een koepelvormige ingang, die ontworpen is als een van de tienduizenden tweepersoonsbunkers die onder het Hoxha-regime in heel Albanië werden gebouwd. Eronder ligt een labyrint van donkere gangen en sombere, raamloze vertrekken met dikke stalen deuren die de partijbonzen tegen een nucleaire explosie moesten beschermen. Vandaag wordt hier in twee dozijn tentoonstellingen toegelicht hoe de Sigurimi te werk ging bij het onderdrukken van ‘contrarevolutionaire’ activiteiten en het opsporen van (echte of denkbeeldige) ‘vijanden van het volk’.
Duizenden werden geëxecuteerd
Albanezen die probeerden te vluchten uit de toenmalige volksrepubliek, riskeerden de doodstraf. Hetzelfde lot dreigde buitenlanders die het land illegaal binnenkwamen en automatisch werden beschuldigd van ‘sabotage’. Onder het communistische regime werden minstens duizend mensen aan de grens doodgeschoten. Zelfs in 1990, het laatste jaar van de dictatuur, vielen er nog 54 doden. De grenswachten kwamen uit bijzonder loyale communistische families en waren vaak erg jong. Mensen die dicht bij de grens woonden, mochten wapens in huis hebben om de grens te ‘helpen bewaken’. Burgers werden opgevoed tot collaborateurs. Zelfs van kinderen werd verwacht dat zij mensen die de grens probeerden over te steken zouden verklikken.
Een van de exposities illustreert hoe de VS al in 1948 probeerden het Albanese regime omver te werpen. Een poging die grondig de mist in ging door de zogenaamde ‘radiotruc’: met behulp van in beslag genomen radio’s van tegenstanders van het regime, die de Sigurimi onder valse namen verder gebruikte, slaagde de organisatie erin om in het netwerk van regimetegenstanders te infiltreren. Tientallen van hen werden uiteindelijk gevangengenomen en/of gedood.
In totaal werden tussen 1944 en 1991 meer dan 6.000 ‘staatsvijanden’ geliquideerd: 5.577 mannen en 450 vrouwen. Sommige massagraven werden pas ontdekt na de val van het regime. Er wordt aangenomen dat er zeker 29 dergelijke ‘graven’ bestaan in heel Albanië. Het regime beschikte over een heuse cataloog van 34 ‘misdaden’ waarop de doodstraf stond, waaronder twaalf ‘politieke misdaden’ zoals ‘sabotage van de socialistische economie en de staat’ of ‘religieuze’ en ‘antisocialistische propaganda’. De veroordeelden waren voornamelijk intellectuelen, zakenlui, landeigenaren en priesters.
In de gevangenis
Daarnaast werden tussen 1944 en 1990 ongeveer 59.000 burgers gevangengezet. 7.022 stierven als gevolg van de erbarmelijke omstandigheden in de gevangenissen. Duizenden politieke gevangenen kwamen in strafkampen terecht. De gevangenen werden voornamelijk gebruikt bij de aanleg van de infrastructuur. Ze moesten werken tot ze uitgeput waren, aan het eind van de dag waren hun handen vaak bloederig. Video's waarin voormalige gevangenen vertellen over hun ervaringen, doen je huiveren. Sommige slachtoffers werden twintig jaar lang geïnterneerd. Een cynisch detail: als een politieke gevangene in de cel stierf, werd het stoffelijk overschot pas aan de familie teruggegeven nadat de hele gevangenisstraf was ‘uitgezeten’.
Wrede foltermethoden
Ook de 36 wrede foltermethoden bezorgen je koude rillingen. Deze omvatten slagen op het hoofd en lichaam met stokken, elektrische schokken en het strooien van zout in wonden. Soms werd er een staaf dynamiet in de gevangene gestopt om hem te laten geloven dat hij opgeblazen zou worden, of hij werd in een bad met koud water gezet totdat hij flauwviel. Anderen kregen uitwerpselen in hun mond gestopt. Vrouwelijke gevangenen kregen soms een speciale behandeling: men stopte een kat in hun broek die door de beulen werd geslagen totdat het dier de genitaliën van de vrouw openreet.
De leden van de Sigurimi waren meesters in het bespioneren van burgers. Hotels, politiebureaus en zelfs gevangenissen werden systematisch afgeluisterd. En afluisterapparatuur kon letterlijk overal verborgen worden: in asbakken, fietsen, stropdassen, wandelstokken, fotolijsten, pijpen of... in de bezem van de schoonmaakster op de Italiaanse ambassade. Om tegenstanders van het regime uit te schakelen, werden vaak ‘misdaden’ geënsceneerd – zo werden er bijvoorbeeld wapens de kerk binnengesmokkeld om priesters te veroordelen.
Zelfs Hoxha’s eigen partijgenoten waren niet veilig voor de tiran. Wie uit de gratie viel, verdween gewoon. Eerst fysiek en daarna uit de geschiedenis: zijn of haar hoofd werd gewoon uit boeken en foto’s geknipt.
Toen de protagonisten het einde zagen naderen, werd alles in het werk gesteld om de misdaden te verdoezelen. In 1990 en 1991, kort vóór de val van het regime, werden massa’s dossiers van de Sigurimi vernietigd. Naar schatting 29.000 dossiers en 75 procent van alle gearchiveerde documenten werden verbrand.
bunkart.al
Het museum van fluisterende bladeren
Nog meer inzicht in de activiteiten van de Sigurimi krijg je bij een bezoek aan het nabijgelegen Shtëpia me Gjethe, het ‘huis van de bladeren’ (tegenover de orthodoxe kathedraal van Tirana). De ‘bladeren’ hebben een dubbele betekenis: aan de ene kant verwijzen ze naar het geritsel van bladeren die in de herfst van de bomen omlaag dwarrelen, aan de andere kant naar het gefluister van het volk. Het museum, dat in 2017 werd geopend, wordt beschouwd als de tegenhanger van het hoofdkwartier van de Stasi in de voormalige DDR. Het gebouw werd in 1931 in gebruik genomen als kraamkliniek en diende vervolgens als hoofdkwartier van de Gestapo tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog nam de Sigurimi, de Albanese Staatsveiligheid, er zijn intrek. In de beginjaren werden er talloze politieke gevangenen gemarteld. Vanaf de jaren 1950 huisvestte het gebouw het hoofdkwartier van de technische en wetenschappelijke afdeling van de Sigurimi, die niet alleen verantwoordelijk was voor elektronische spionage, het aftappen van telefoons en het controleren van de correspondentie van burgers, maar ook voor het bespioneren van buitenlandse burgers.
muzeugjethi.gov.al