7 redenen om in 2020 op kampeervakantie te gaan
Bij Pasar horen we het vaak: wie gebeten wordt door de kampeermicrobe, raakt er niet meer vanaf. En het leuke is: je stemt deze vakantievorm helemaal af op jouw wensen. Ga je graag volledig back to basics, dan kies je voor de tent. Mag het even comfortabel als op hotel, dan reis je met camper of caravan. Hoe je ook slaapt, kamperen is goed voor lichaam en geest en voor kinderen is het al helemaal een feest.
- Kamperen
1. Je voelt je vrij
De allereerste reden om te gaan kamperen is het ongeëvenaarde gevoel van vrijheid. Krijg je zin om te vertrekken, dan doe je dat gewoon. Je hoeft geen strakke planning te maken en kan onderweg je gevoel volgen. Vind je een leuke camping, dan blijf je daar wat langer, en valt het tegen, dan ben je zó weer weg.
Kampeerders zijn niet gebonden aan één hotelkamer of één vakantiehuisje. Heb je alles in de omgeving gezien, dan trek je naar de volgende bestemming. Je hebt immers je eigen vervoermiddel én logies altijd bij de hand.
Je bent ook vrij om te kiezen wanneer je wil eten. Op de camping ontbijt je wanneer je maar wil, er is geen einduur. En ook geen startuur – voor de vroege vogels.
2. Je stress verdwijnt
Kamperen is slow tourism in zijn puurste vorm en laat je toe om echt te ontspannen. Oké, misschien lig je niet in luxueuze omstandigheden cocktails te slurpen, maar op een camping komen je hersenen wel helemaal tot rust omdat je je moet focussen op de basics. Hoe zet ik die tent op? Wat gaan we koken en hoe gaan we dat precies doen? Waar halen we drinkbaar water? Muizenissen over het werk of hoe de kinderen het doen op school worden helemaal verdrongen door de praktische zaken die je moet regelen om – welja – te overleven.
3. Kamperen is duurzaam
Kies je voor een kampeervakantie in eigen land of net over de grens, dan reduceer je de ecologische voetafdruk van je vakantie aanzienlijk. Je neemt immers geen vliegtuig en je staat ook niet dagenlang in de file richting zuiden. Kampeer je in een tent, dan stoot je helemaal geen CO2 uit. Misschien plan je wel een fietskampeertrip? Tent op de bagagedrager en met de fiets naar de camping? Duurzamer kan niet!
Reis je met camper of caravan, dan kan je bewust kiezen voor ecocampings, waar de uitbaters mee helpen om jouw vakantie zo duurzaam mogelijk te maken (ze composteren bijvoorbeeld afval, gebruiken zonne-energie en regenwater…). Kampeerders houden sowieso van de natuur en zijn zich daarom ook bewust van de sporen die ze in de natuur achterlaten: het liefst helemaal geen.
4. Kamperen is goed voor je gezondheid
De gezondheidsvoordelen van kamperen kan je nauwelijks overschatten. Je brengt veel meer tijd buiten door: meestal ontwaak je als de zon opkomt en dan trek je meteen naar buiten voor het ontbijt. Die zon, die zorgt ervoor dat je vitamine D aanmaakt en dat is goed voor je immuunsysteem. Kampeer je tussen de bomen, dan adem je meer zuurstof in en dat zorgt voor extra serotonine in je hersenen: het gelukshormoon. Je voelt je dus blijer, en niet alleen omdat je op vakantie bent – er is ook echt een fysieke reden voor. Over fysiek gesproken: je bent op een kampeervakantie véél actiever dan anders. Tent opzetten, hout sprokkelen, gaan vissen of een stevige wandeltocht maken, naar het centrum van een stad in de buurt fietsen… Je bent een hele dag in beweging. Dat is niet alleen goed voor je conditie, het zorgt er ook voor dat je ’s avonds als een blok in slaap valt. En niets werkt zo helend als een goede nachtrust. Kamperen is de klok rond goed voor je.
5. Je maakt vrienden voor het leven
Kamperen is een sociaal gebeuren. Omdat je vaak dicht bij elkaar staat, is het makkelijker om hulp te vragen aan andere kampeerders als je op een praktisch probleem stuit. Die steken meestal met plezier een handje toe: de solidariteit onder kampeerders is hartverwarmend. Je komt mensen tegen in het sanitaire blok, er is op de camping misschien een gemeenschappelijke barbecueplek, je slaat sneller een praatje met de buren of wisselt tips uit voor bezienswaardigheden in de buurt, en voor je het weet zit je samen te aperitieven. Kinderen maken op een camping heel snel vriendjes en ravotten vaak de hele dag in de natuur, die hun fantasie prikkelt op een manier waarop geen iPad het zou kunnen.
6. Kamperen is goedkoper
Kamperen is doorgaans goedkoper dan een vliegvakantie. De ‘startkosten’ die je maakt voor je benodigdheden, laten we hier even buiten beschouwing. Je kampeerkit maak je zo duur als je zelf wil – er is heel wat tweedehands materiaal te koop en tegenwoordig kan je ook prima materiaal huren (zie ook blz. 53 – glampingkit huren). Een nacht op een camping is goedkoper dan een nacht op hotel, zeker in het laagseizoen. Je hebt je eigen vervoermiddel bij je, dus je hoeft geen auto te huren, en als je je fietsen meeneemt in je camper, hoef je ook geen fietsen te huren. Op de camping kan je zelf voor je maaltijden zorgen met ingrediënten uit de lokale supermarkt, wat een stuk goedkoper is dan eten op restaurant.
7. Kamperen laat je digitaal detoxen
Het laatste voordeel is een recenter fenomeen, maar absoluut de moeite waard: op een camping is het makkelijk om even niet verbonden te zijn met het wereldwijde web. Laat je telefoon uit en maak verbinding met de natuur. Natuurlijk kan je op de camping ook wifi kopen, maar waarom zou je? Er zijn zoveel leuke activiteiten dat je gewoon geen tijd hebt om te scrollen. Denk eens aan je eigen batterij in plaats van aan die van je smartphone. Leven op het ritme van de natuur, spelletjes spelen met je kinderen, tijd maken voor diepe gesprekken met je partner en niet voortdurend afgeleid worden door statusupdates of Messenger-berichten: dat is échte luxe.