Cruisen door Londen
Men neme de plooifiets en de trein om te reizen naar Londen. Niet om Buckingham Palace of de Tower Bridge te zien, maar om te cruisen langs kanalen, parken en kerkhoven. Lien Lammar en fotografe Siska Vandecasteele deden het en namen ook nog de tijd voor een tussenstop, in de Bromptonfabriek waar ooit hun eigen plooifiets vertrok.
- Fietsen
Samen met de stroom pendelaars stappen we het station van St. Pancras uit. Het is dinsdagochtend en de meeste mensen rondom ons zijn op weg naar hun werk of naar school, met slaperige ogen en een take away koffie in hun hand. Wij mogen vandaag iets leukers doen dan op kantoor gaan zitten. Wij mogen een ritje gaan maken met onze Brompton, de vouwfiets waarmee we in Brussel-Zuid aan boord van de Eurostar gegaan zijn. Het Londense plooifietsenmerk is ook in ons land populair. Wandel maar eens tijdens de avondspits een druk treinstation binnen... Een vouwfiets van Brompton heeft dan ook één belangrijke troef: het is de meest compacte vouwfiets op de markt. De fietsjes passen perfect op een overvolle trein, in de koffer van de auto of zelfs in een garderobekast in de hal, voor wie weinig opbergruimte heeft. Ze rijden dan ook nog eens geweldig goed. Voor alle duidelijkheid: dit is geen gesponsord artikel. Fotografe Siska en ik hebben allebei al jaren een Brompton in huis en zijn gewoon grote fan. We voelen nog steeds een klein gelukske wanneer we onze Brompton mogen openvouwen om de wijde wereld in te trekken.
Sorry, we’re from Belgium!
We springen op onze fiets en storten ons in de ochtenddrukte alsof we elke dag door Londen fietsen. Helemaal geloofwaardig zijn we niet. Aan kruispunten wachten we braaf tot het groen is voor we oversteken en wanneer we op het jaagpad langs Regent’s Canal een tegenligger zien komen, durven we al eens uit te wijken naar rechts in plaats van naar links. ‘Sorry, we’re from Belgium!’ roepen we zo lief mogelijk naar een grommende man op een mountainbike. Regent’s Canal is onze gids tijdens het eerste stuk van onze tocht. Het fietspad naast dit kanaal doet je vergeten dat je in Londen zit. Van de voetgangers en voertuigen die als mieren door de straten trekken, zien we niets meer. We horen zelfs nauwelijks het autoverkeer. Zo willen we wel meer wereldsteden verkennen! In Camden Town gaan we even ‘bovengronds’ een blik werpen op Camden High Street, een toeristische trekpleister met kleurrijke gevels en shops. Wie hier rond lunchtijd voorbij komt, heeft geluk, want een beetje verder langs het water ligt Camden Streetfood Market, een mengelmoes van eetstalletjes en barretjes. Van Indonesische curry tot Koreaanse hamburgers: hier proef je de wereld op je bord.
Tuintjes langs het water
Het kanaal brengt ons langs bruggen, sluizen en oude gasfabrieken naar Regent’s Park, één van de gigantische parken die Londen rijk is. In het park zelf mogen we niet fietsen, dus volgen we een fietspad aan de rand van het park. Aan de overkant van het water zien we de achterkant van London Zoo, één van de grootste dierentuinen ter wereld, en een handvol statige villa’s met prachtige terrassen en tuinen. Wie hier woont, zal vast niet elke ochtend met de vouwfiets naar kantoor moeten. In de wijk Lisson Grove rijden we weer een heel andere wereld binnen. We fietsen door Lisson Grove Moorings, waar tientallen woonboten met namen als ‘Tallulah’ en ‘Sweet Sawai’ naast elkaar op het water liggen. Op de oever hebben de bootbewoners kleine tuintjes gemaakt met tropische planten, rieten stoelen en zeteltjes. Hier en daar staan zelfs tuinhuisjes. Het leven zoals het kan zijn in hartje Londen.
Eenden en boten
Hoe verder we fietsen, hoe meer we het stadsgewoel voelen verdwijnen. Er duiken altijd wel ergens hoge flatgebouwen en torenkranen op, maar het grootste deel van de fietsroute die we volgen, zou zelfs met kinderen een fijne rit zijn. Van Regent’s Canal gaan we over naar het Grand Union Canal, een kanaal van meer dan tweehonderd kilometer dat de twee grootste steden, Londen en Birmingham, met elkaar verbindt. Kilometerslang zien we vooral bomen, eenden en woonboten. Sommige boten zijn wondermooi opgeknapt, andere zijn zo verwaarloosd dat ze onbewoond lijken, hoewel er schoenen voor de deur of een fiets op het dek staan. Het zijn bijna allemaal narrowboats, lange, houten boten die vroeger speciaal gebouwd werden voor vrachtvervoer over de smalle kanalen van Engeland. We doen een kort babbeltje met Halli, een man die - zoals veel bootbewoners, zo blijkt - na een echtscheiding op een woonboot is beland. Intussen heeft hij een nieuwe vriendin, en samen hebben ze zelfs een klein appartementje waar ze af en toe wonen, maar ze brengen nog steeds veel tijd door op de boot. We begrijpen de aantrekkingskracht: het moet heerlijk zijn om op je eigen boot te eten, lezen en leven - toch als de zon schijnt.
Hand made, helemaal
Na een tocht van twintig kilometer en een lunch van toast met gesmolten cheddar komen we aan bij de bakermat van onze plooifietsen: de fabriek van Brompton. Voor corona werden er regelmatig rondleidingen voor bezoekers georganiseerd, maar die zijn niet terug opgestart. Wij mogen vandaag wél binnen voor een kijkje achter de schermen. Tony werkt al vijftien jaar bij Brompton en neemt ons mee naar de productiehal, waar elke week tweeduizend vouwfietsen in elkaar gezet worden. Elke Brompton in de wereld is hier ooit vertrokken: de fietsen worden nergens anders gemaakt. ‘Elke fiets is handgebouwd’, zegt Tony. ‘Werknemers worden grondig opgeleid, want het productieproces vraagt specifieke technische vaardigheden, een scherpe focus en oog voor detail.’ Overal waar we kijken, zijn mensen aan het lassen, sleutelen of schroeven. Alles wordt even zorgvuldig gemonteerd. De arbeiders vormen samen een geoliede machine die in zestien stappen een gloednieuwe Bromptonfiets doet verrijzen. Helemaal objectief is Tony natuurlijk niet, maar voor hem bestaat er geen betere plooifiets dan de Brompton. ‘Andrew (Ritchie, die in 1976 de Brompton ontwierp, nvdr) heeft aan elk detail gedacht. Voor hem draaide het niet om geld verdienen. Hij wilde gewoon de beste plooifiets ter wereld maken.’ De miljoenste fiets is vorige week de deur uit gegaan, vertelt Tony. Over vijf jaar verhuist de fabriek naar een gloednieuwe fabriek een paar kilometer verder: een klimaatneutraal gebouw waar jaarlijks maar liefst 200.000 fietsen gemaakt zullen worden.
De kerk van Brompton
Op de beste plooifiets ter wereld trappen we terug richting de stad. We volgen dezelfde route langs het kanaal, waar het spitsuur op gang gekomen is. Het fietspad is smal en de fietsers die we kruisen, gaan soms razendsnel. We houden goed onze aandacht erbij. Links rijden, we zijn het duidelijk niet meteen gewend. Dat merken we ook de volgende dag, wanneer we op verkenning gaan in Kensington. Kruispunten oversteken blijft een oefening. Kensington is de buurt waar Andrew Ritchie in de jaren zeventig de eerste prototypes bouwde van zijn zelfontworpen vouwfiets. Vanuit zijn appartement keek uit op Brompton Oratory, een grote neoklassieke kerk aan Brompton Road. Toen hij een naam zocht voor zijn fiets, was hij waarschijnlijk mijmerend naar buiten aan het staren. Meer dan veertig jaar later krioelt het voor de kerk van de fietsers, elektrische steps, auto’s en bussen. Londen zoals je verwacht dat het gaat zijn wanneer je hier komt fietsen: hectisch en luid. We haasten ons naar één van de zijstraten, en daar is het een heel ander verhaal. Minder verkeer, minder lawaai en meer groen. Het is opvallend: de ‘main streets’ in Londen kunnen razend druk zijn, maar van zodra je van die grote verkeersassen afwijkt - of een kanaal begint te volgen - is het verrassend aangenaam fietsen in Londen.
Langs kerkhoven en musea
Brompton, Kensington en Chelsea behoren tot de duurste wijken van Londen, met deftige herenhuizen met witte gevels en balkons. Hier loopt ook de Q15 of Quietway 15, een fietsroute die grotendeels door verkeersluwe straten loopt. We starten aan Brompton Cemetery, een groot, schaduwrijk kerkhof waar zowat iedereen uit de buurt de hond komt uitlaten, en massa’s eekhoorns en vogels tussen de overwoekerde graven leven. Voor de voetballiefhebbers: het stadion van Chelsea ligt vlak naast het kerkhof. Verder op de route liggen verschillende musea zoals het Natural History Museum, Science Museum en het Victoria and Albert Museum, waar een gigantische collectie kunst en design onderdak vindt. We ondervinden meteen het nadeel van citytrippen met een vouwfiets vol bagage, zonder een hotelkamer waar je je spullen kan achterlaten. Zolang je blijft fietsen, gaat dat prima, maar van zodra je iets wil bezoeken, is het toch wat lastig. Voor de lunch vinden we een plek bij Brother Marcus, waar we onze fietsen naast onze tafel met Oost-Mediterraanse hapjes kunnen parkeren. Google Maps leidt ons langs de snelste maar drukste route door de stad terug naar St Pancras, waar we na twee uur later weer op de Eurostar stappen. Voor we de kanaaltunnel inrijden, zien we nog net hoe de ondergaande zon de lucht prachtig roze kleurt. Volgende keer fietsen we rond Buckingham Palace en over de Tower Bridge, én blijven we netjes links rijden. Beloofd.
London, baby!
De lekkerste eetadresjes en historische plekken die je zeker moet bezoeken als je in Londen bent: je vindt ze in de handige online Reiswijzer op www.pasar.be.
4x doen in Kensington en Chelsea
1. Holland Park
Een wijk die lijkt op het beroemde Notting Hill, met kleurrijke huizen en mooie parken, maar nog niet zo overspoeld is door toeristen. Het gelijknamige park tussen Holland Avenue en Kensington High Street is een verborgen pareltje met een Japanse tuin (Kyoto Garden), waterpartijen en een orangerie.
2. Brompton Cemetery
Historisch kerkhof én populaire plek onder Londenaars en toeristen om even aan de drukte van de stad te ontsnappen. Aan de noordelijke ingang kan je ontbijten en lunchen onder de bomen bij Cafe North Lodge. Zoek zeker eens naar een luchtfoto op Google Maps om het opmerkelijke ontwerp van het kerkhof te bekijken.
3. Design Museum
Museum rond hedendaagse kunst in al zijn vormen, van architectuur en mode tot industrieel design. In het museum zijn altijd wel enkele expo’s die je gratis kan bezoeken.
4. Michelin House
Dit art-deco gebouw uit 1911 was het eerste hoofdkwartier van bandenfabrikant Michelin. Op één van de indrukwekkende glas-in-lood ramen aan de voorzijde van het gebouw staat Bibendum (ja, het Michelinmannetje heeft een naam!) terwijl hij op een fiets rijdt. Vandaag kan je in Michelin House gaan tafelen in Bibendum, het sterrenrestaurant van de Franse chef Claude Bosi.
Met de fiets naar Londen? 6 slimme tips!
- Vouwfietsen en kinderfietsen mogen gratis mee op de Eurostar, zolang ze niet langer zijn dan 85 cm en in een beschermende hoes vervoerd worden die de hele fiets bedekt. Online vind je beschermhoezen voor plooifietsen. Wij kochten de Mirage beschermhoes die bruikbaar is voor vouwfietsen van verschillende merken (19,95 euro op www.fietsshop.be).
- Gewone fietsen mogen tegen betaling mee op de Eurostar, maar die fietsservice wordt voorlopig enkel aangeboden op de trein tussen Londen en Parijs. Kijk op www.eurostar.com bij ‘reisinformatie’ en klik door naar ‘bagage en fietsen’ voor de meest recente info.
- Een plooifiets neem je op hotel gewoon mee in je kamer. Neem je een gewone fiets mee, check dan vooraf of er een beveiligde fietsenstalling is.
- Een degelijke rugzak is onontbeerlijk als je geen hotelkamer hebt om je bagage achter te laten. Wat niet in je rugzak past, kan je in een waterdichte zak op je bagagerekje binden. Vergeet niet dat je ook de beschermhoes van je vouwfiets moet wegsteken tijdens je trip.
- In St Pancras, het station waar de Eurostar toekomt, kan je op de gelijkvloers ook een locker huren om bagage in op te bergen.
- Zelf geen plooifiets? Brompton heeft, verspreid over heel Engeland, zo’n 70 lockers staan waar je een Bromptonfiets kan huren voor één of meerdere dagen (kostprijs ongeveer 6 euro per dag). Het enige dat je moet doen, is de app downloaden waarmee je een locker kan openen. Op Pancras Square, het plein voor het station van St Pancras, staat er eentje. Je vindt alle locaties en informatie op www.bromptonhire.com