3x dubbel genieten van hedendaagse kunst
Zin in hedendaagse kunst? Pasarreporter Gert Corremans selecteert drie musea waar je niet één, maar twee brandend actuele expo’s kan meepikken. Over de kracht van taal bijvoorbeeld. Over avant-gardekunstenaars op de vlucht. Of over talisvrouwen in de Limburgse mijnstreek.
Vluchten en… thuiskomen?
De grote extra troef van WIELS is het historische brouwerijgebouw waarin het kunstencentrum gevestigd is. Beneden nodigt het WIELS café je uit voor een lunch of biertje tussen de koperen ketels van wat in 1930 de grootste brouwzaal van Europa was. Boven op het dak bekijk je Brussel vanuit een verrassend perspectief. Daartussen wachten de expozalen: de modernistische Wielstoren is tot de nok gevuld met hedendaagse kunst.
Ruimte zat voor niet één, maar twee expo’s dit najaar. Nairy Baghramian groeide op in een Armeens gezin in Iran, maar vluchtte op haar dertiende met haar moeder naar Duitsland. Haar expo nameless palmt twee verdiepingen van de Wielstoren in en is geïnspireerd door avant-gardekunstenaars die in de jaren 1930 Europa moesten ontvluchtten. Haar sculpturen en installaties zijn uit de meest uiteenlopende materialen opgebouwd, van foto’s en tekeningen tot organische vormen en industrieel design. Welke krachten verjagen kunstenaars uit hun thuisland, vraag ze zich af. En houden hun kunstwerken stand buiten de grenzen van hun oorspronkelijke context, cultuur of taal?
Black bird, de tweede expo bij WIELS, gidst je in ongeveer tachtig werken door de artistieke carrière van Everlyn Nicodemus. Schilderijen, collages, textiel, essays, poëzie… kunst is voor haar een ruimte waar je je vrij kan uitdrukken en herstellen van trauma en onrecht. In de jaren 1970 verhuisde ze met haar Zweedse man van Tanzania naar Stockholm, waar ze bijna dagelijks met racisme te maken kreeg. Ze ging antropologie studeren, ontwikkelde zich als kunstenaar en zou ook ruim vijftien jaar in België wonen voor ze zich in Schotland vestigde. Verkijk je niet op haar speelse beeldtaal. Haar werk, dat de hedendaagse Afrikaanse kunst sterk heeft beïnvloed, kaart vaak pijnlijke, prangende problemen aan.
Nairy Baghramian. nameless, tot 1 maart, WIELS, Brussel
Everlyn Nicodemus. Black bird, tot 1 februari, WIELS, Brussel
Vrij als een zeekat
In de Dominicanenkerk van Extra City werd vroeger slechts in één richting gecommuniceerd. De priester predikte, de kerkgangers luisterden. Nu klinken er stemmen uit alle hoeken van de ruimte. Op de expo It goes without saying gaat het om acht internationale kunstenaars die de ambiguïteit van taal onderzoeken.
De knalgroene video-installatie van Juan Obando en Joshua Okón schreeuwt om aandacht, maar dan zonder woorden. Ze ensceneerden een publiek protest, maar vervingen de slogans door green screens. Die mag jij invullen. Precies zoals bij astroturfing gebeurt, een propagandatechniek die valse protesten opzet om de publieke opinie te sturen. Andere werken belichten taal in de privésfeer. Lore Smolders creëert een kunstwerk met talige tekeningen die artsen en therapeuten gebruiken om een behandeling te verduidelijken. Ahilan Ratnamohan toont je hoe hij Jaffna Tamil, de taal van zijn ouders leerde, en welke invloed het leerproces had op zijn identiteit.
Op haar solo-expo Sea through skin onderzoekt Bianca Baldi het verschijnsel van white passing: je voordoen als lid van een andere raciale groep om sociale voordelen te genieten. De zeekat speelt de hoofdrol op de expo, waarvoor ze film, fotografie, glas, tekeningen en installaties inschakelt, en de zee staat symbool voor al wat zich niet laat begrenzen. Baldi is afkomstig uit Zuid-Afrika, en tijdens de Apartheid werd haar moeder officieel geherclassificeerd als wit. Een wereld van verschil, want witte mensen hoefden geen pasje op zak te hebben. Ze konden zich vrij bewegen en zelfs de pasjes van hun landgenoten van kleur opvragen.
It goes without saying, tot 29 maart, Kunsthal Extra City, Antwerpen
Bianca Baldi. Sea through skin, tot 25 januari, Kunsthal Extra City, Antwerpen
Talisvrouwen in de mijnstreek
Niets geheimzinnigs aan de naam van Z33, Huis voor Kunsten: de afkorting staat voor Zuivelstraat 33, het adres van de historische begijnhofsite in Hasselt. De architectuur van het museum is zelf al een attractie. Strak en hedendaags, en toch naadloos geïntegreerd in de site. Het ontwerp van Francesca Torzo kaapte prestigieuze prijzen weg. Maar je kan ook de oude Mariakapel binnenstappen. Amber Andrews, een Belgische kunstenares, versierde ze met een muurschildering die een ode brengt aan alle vrouwen. Niet alleen de Maria’s dus.
Tot half december kan je bij Z33 nog kennismaken met twee hedendaagse kunstenaars. Michael Beutler, uit Duitsland, zet de museumzalen helemaal naar zijn hand, met bestaand en nieuw werk. Het museum zelf is zijn atelier, en de kunst ontstaat door samenwerking. Beutel werkt met eenvoudige materialen en ontwikkelt gereedschappen waarmee eigenlijk om het even wie papier, karton en textiel kan omvormen tot onderdelen van zijn sculpturen, die de hele ruimte vullen. Voor deze expo sloeg hij de handen in elkaar met studenten architectuur en productdesign uit Hasselt en Genk. Veel werken bij Z33 zijn dus tijdelijk. Kennis uitwisselen is voor Beutler even belangrijk als het uiteindelijke kunstwerk.
Taliswoman, de eerste grote solo-expo van Mounir Eddib, neemt je mee naar de Genkse steenkoolmijnen en arbeiderswijken van Genk, waar de kunstenaar opgroeide als kleinzoon van een Marokkaanse ‘gastarbeider’. De officiële geschiedenis vertelt het economische verhaal, maar houdt op bij de voordeur van de arbeiders. Daardoor blijven Eddibs ‘talisvrouwen’ altijd buiten beeld: vrouwen die beschermende gebruiken en rituelen in standhouden, en zo de thuis bouwden waar het hele gezin veiligheid en veerkracht vond. Eddib roept hun intieme, onzichtbare, soms zelfs mystieke wereld op in zijn schilderijen, en door gebruik te maken van stoffen die in de Berbertraditie beschermende krachten hebben, zoals lood, teer en indigo textiel.
Michael Beutler, tot 22 februari, Z33, Hasselt
Mounir Eddib. Taliswoman, tot 14 december, Z33 Hasselt